2025_BURG_00037 - BM2025- 052 Maatregelen ter bescherming van de burgers tegen verstoringen van de openbare orde en veiligheid - Besluit inhoudende HET OPLEGGEN VAN SLUITINGSUUR VOOR CAFÉS EN NACHTWINKELS OP DE DAG VAN DE JEUGDBEWEGING

Verwijzende naar:

• De organisatie van de Dag van de Jeugdbeweging in Kortrijk op 17 oktober 2025 ; dat dit een evenement is waarop de lokale jeugdbewegingen ’s morgens vroeg verzamelen op het Nelson Mandelaplein om daar een collectief publiciteitsmoment te houden voor hun werking ; dat dit gebeuren ondersteund wordt door het stadsbestuur en onder meer opgeluisterd wordt door muzikale acts e.d.;  dat dit dus een bijeenkomst is van hoofdzakelijk tieners en jongvolwassenen, doorgaans herkenbaar gekleed in de uniformen van hun respectievelijke jeugdbeweging ;
• Het feit dat het zwaartepunt van deze bijeenkomst zich concentreert rond 8 uur, waarna de jongeren zich meestal per fiets richting school begeven ;
• Een gewoonte die zich in de loop der jaren heeft gevestigd waarbij cafés op de Dag van de Jeugdbeweging uitzonderlijk vroeg openen en een aantal deelnemers aan het evenement  voor dag en dauw die cafés bezoeken alvorens af te zakken naar de Dag van de Jeugdbeweging zelf; dat niet zelden de cafés hierop inspelen met een gelegenheidsaanbod waarbij alcohol tegen zeer democratische prijzen verkrijgbaar is ; dat sommige cafés zelfs extra personeel inzetten om in de vroege ochtend van de Dag van de Jeugdbeweging het grote aantal klanten efficiënt te kunnen bedienen ;
• De vaststelling dat een ander deel van de op feesten beluste jongeren zich in de nachtwinkels bevoorraadt met flessen sterke drank en andere alcohol en die in parken en op pleinen consumeert vooraleer de Dag van de Jeugdbeweging te vervoegen ;
• De ervaring van politie, stadsdiensten en organisatoren dat een aantal jongeren aangeschoten tot zelfs dronken op het evenement arriveert ;  de zorgen die men zich daarbij maakt omdat deze jongeren dan nog door het drukke verkeer naar school moeten;
• Klachten en bezorgdheid die de voorbije jaren herhaaldelijk werden gesignaleerd door secundaire scholen die vaststellen dat sommige deelnemers aan de Dag van de Jeugdbeweging kennelijk dronken aan de lessen beginnen ;
• Brieven en mailberichten van oudercomités gericht aan het stadsbestuur met een niet mis te verstane oproep om iets te ondernemen tegen de groeiende vervlechting van de Dag van de Jeugdbeweging met alcoholmisbruik ;
• De expliciete wens van de organisatoren zelf en van de ondersteunende jeugddienst van de stad om de Dag van de Jeugdbeweging alcoholvrij te houden ;
• De besluiten n.a.v. van andere edities van de Dag van de Jeugdbeweging waarbij een verbod werd opgelegd aan alle cafés binnen de R36 om op die bewuste dag te openen tussen 04:00 uur en 09:00 uur; dat ditzelfde besluit alle nachtwinkels in Kortrijk oplegde om die ochtend om 04:00 uur te sluiten;
• De artikels 133-135 van de Nieuwe Gemeentewet, inzonderheid artikel 134§1;
• Artikel 135 § 2, 2°, 3° en 7° van de Nieuwe Gemeentewet;
• Artikel 63 van het Decreet Lokaal Bestuur;

Overwegende dat:

• Er een blijvende trend is van toenemend alcoholverbruik naar aanleiding van de jaarlijkse viering van de Dag van de Jeugdbeweging ; dat zulks niet enkel blijkt uit vaststellingen van de politie en de ondersteunende jeugddienst van de stad, maar ook uit bezorgde signalen vanuit de organisatie zelf, het onderwijs en oudercomités ;
• Deze trend ten overvloede aangetoond wordt door de wijze waarop een deel van de horeca   op deze vraag inspeelt door een aanbod te creëren dat sommige leden van jeugdbewegingen toelaat om die dag in alle vroegte op café te gaan en daar ongehinderd en ongeremd alcohol te drinken, soms tot zware dronkenschap toe ;
• Uit bovenstaande afdoende blijkt dat de Dag van de Jeugdbeweging, zoals die thans wordt gevierd door een aantal deelnemers, een bedreiging vormt voor de openbare orde en rust ; dat op die dag immers een niet geringe groep jongeren zich reeds heel vroeg overgeeft aan alcoholmisbruik ; dat zulks onvermijdelijk aanleiding geeft tot verstoring van de openbare orde en rust als lawaaioverlast voor buurtbewoners, onderlinge twisten of vechtpartijen, vandalisme, wildplassen, bevuilen van privaat eigendom en/of openbaar domein en andere vormen van hinder die traditioneel het gevolg zijn van overmatig drankverbruik in groep ;
• Zij als burgemeester het nodige moet doen om te voorkomen dat de openbare orde en rust verstoord wordt ; bij die overweging zeker moet stil gestaan worden bij de fundamentele rol die het commerciële aanbod (cafés, nachtwinkels) speelt bij dit alles ;
• Eveneens duidelijk is dat de gewoonte bij sommigen om stevig te drinken op de Dag van de Jeugdbeweging een ernstige bedreiging vormt voor de openbare veiligheid ; dat immers zo goed als alle aangeschoten of dronken jongeren zich na het evenement nog naar school moeten begeven ; dat de meesten dat doen per fiets midden het drukke verkeer van de ochtendspits ; dat de jongeren sowieso al wat uitgelaten zijn die dag en dus misschien wat minder voorzichtig zijn als weggebruiker ; dat de alertheid voor de risico’s onderweg evenwel volledig wegvalt wanneer ze bovendien nog flink wat alcohol binnen hebben ; dat het gevaar op verkeersongevallen met fysiek letsel op die manier aanzienlijk verhoogt ; dat niet alleen de jongeren zelf, maar ook de andere weggebruikers moeten beschermd worden tegen beschonken tieners in het verkeer ; dat groepjes uitgelaten en benevelde fietsers of voetgangers immers voor andere weggebruikers een sterk verhoogd risico vormen op bij voorbeeld aanrijdingen met vreselijke gevolgen voor ook die andere weggebruiker die soms weinig of niets kon doen om zo’n ongeval te voorkomen ; dat evengoed moet gedacht worden aan jongeren die technisch onderwijs volgen en die na deelname aan de Dag van de Jeugdbeweging praktijklessen volgen waarbij machines worden bediend ;
• Zij als burgemeester de plicht heeft om alles te ondernemen wat mogelijk is om deze bedreiging van de openbare veiligheid te voorkomen ; dat het ook hier evident is dat het commerciële aanbod op die dag een bepalende factor is in die afweging ;
• Het alcoholisch luik dat sommige deelnemers aan de Dag van de Jeugdbeweging aan het evenement koppelen, een bedreiging vormt voor de openbare gezondheid ; dat het hier immers grotendeels tieners betreft die zich overgeven aan gegiste of sterke dranken ; dat medici het onverdeeld eens zijn over de fysieke en psychische gezondheidsrisico’s die jonge mensen lopen wanneer zij ongeremd alcohol drinken ; dat het stadsbestuur in deze  onmiskenbaar een pedagogische opdracht heeft en dat het onaanvaardbaar zou zijn dat de stad een evenement zou ondersteunen waarbij een deel van de piepjonge deelnemers zich openlijk overgeeft aan (teveel) alcohol ; 
• Zij als burgemeester alle noodzakelijke maatregelen moet nemen om de kwetsbare jeugd te behoeden voor deze bedreiging van de openbare gezondheid ; dat hij meteen onvermijdelijk geroepen is om maatregelen te nemen tegen de verleiding die uitgaat van horeca en nachtwinkels op die dag ;
• Het publicitair oogmerk van de Dag van de Jeugdbeweging deels onderuit gehaald wordt wanneer tieners in het uniform van hun jeugdbeweging aangeschoten of dronken in de publieke ruimte gezien worden ; dat zulk beeld niet strookt met de beoogde reclame voor het georganiseerd jeugdwerk ; dat noch de organisatoren, noch de stad gediend zijn met zo’n imagoprobleem ;
• De besluiten van de vorige jaren overduidelijk effect hebben gehad in die zin dat er zo goed als geen vaststellingen waren van dronken tieners op het publiek domein ;

 

Oordelende dat:

• Een maatregel tegenover het commerciële aanbod van cafés en nachtwinkels op de Dag van de Jeugdbeweging de enige manier is om verstoring van de openbare orde, rust, veiligheid en gezondheid te vermijden ;
• Het sensibiliseren van de jongeren om geen alcohol te drinken voor of tijdens het evenement geen kans op slagen maakt wanneer tegelijk in cafés en nachtwinkels breed opportuniteit wordt geschapen om de traditie van een stevig glas voor aanvang in ere te houden ; dat het hier immers tieners en jongvolwassenen betreft die in hun jeugdige impulsiviteit niet zelden tegen zichzelf moeten beschermd worden ; dat sensibiliseren met andere woorden alleen doeltreffend kan zijn wanneer er geen alternatief is in de vorm van uitnodigende, vroeg geopende cafés of operationele nachtwinkels ;
• De enige mogelijkheid om de openbare orde, rust, veiligheid en gezondheid te garanderen op de Dag van de Jeugdbeweging ligt in het uitzonderlijk opleggen van een beperkte en tijdelijke sluiting van die cafés die op geringe afstand van het evenement gelegen zijn of van populaire jeugdcafés ; dat het proportioneel en redelijk is om qua afstandsregel de R 36 op te leggen ; 
• Zulk een beperkte en tijdelijke sluiting efficiëntst is wanneer ze opgelegd wordt tussen 4 uur ’s morgens en 9 uur ; dat op die manier immers vermeden wordt dat jongeren in de verleiding worden gebracht om zowel voor als tijdens het evenement cafés te bezoeken en daar alcohol te drinken ;
• Het naïef zou zijn een tijdelijke en beperkte sluiting van cafés op te leggen wanneer tezelfdertijd moeiteloos alcohol kan gekocht worden in nachtwinkels ; dat het opleggen van eenzelfde sluiting aan de nachtwinkels over het hele grondgebied van de stad een onvermijdelijke maatregel is om verstoring van de openbare orde, rust, veiligheid en gezondheid te voorkomen ; dat anders immers het risico te groot is dat leden van jeugdbewegingen die uit zijn op drinken zich ’s morgens op weg naar het stadscentrum richting het evenement bevoorraden met alcohol in een nachtwinkel ; 
• Deze maatregelen, wanneer die worden opgelegd, gepaard moeten gaan met een informatiecampagne gericht op zowel de jeugdbewegingen als de exploitanten van cafés en nachtwinkels ; dat zodoende het signaal wordt gegeven dat de overheid niet duldt dat kwetsbare jeugd aan het drinken wordt gezet ; dat evenzeer de jongeren op die manier worden gesensibiliseerd dat alcohol ongezond is voor hen en dat alcoholvrij feesten ook kan ;
• Deze maatregelen tegemoet komen aan de vraag van organisatoren, scholen en oudercomités om paal en perk te stellen aan de ontluistering van dit feest door alcoholmisbruik ;
• Het de burgemeester toekomt uit te maken welke maatregel de meest passende is om in dit geval de openbare orde, rust en veiligheid te waarborgen;
• Het doel van de politieverordening is de burgers en bezoekers van Kortrijk te beschermen tegen mogelijke verstoringen van de openbare rust, orde en veiligheid;
• Onderhavige politieverordening hoogdringend is en zonder uitstel moet genomen worden, aangezien een verstoring van de openbare rust, orde en veiligheid dient te worden vermeden;
• Een beslissing van de gemeenteraad niet kan worden afgewacht; dat deze verordening moet worden bekrachtigd op de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad, op straffe van verval, conform artikel 134 § 1 Nieuwe Gemeentewet;

• De artikels 133-135 van de Nieuwe Gemeentewet, inzonderheid artikel 134§1;
• Artikel 135 § 2, 2°, 3° en 7° van de Nieuwe Gemeentewet;
• Artikel 63 van het Decreet Lokaal Bestuur;