Het is de bevoegdheid van de gemeenteraad om belastingreglementen vast te stellen, op te heffen of te wijzigen.
Net als alle steden en gemeenten wordt ook stad Kortrijk geconfronteerd met de gevolgen van de torenhoge inflatie. Er werd beslist de tarieven van de belastingen te indexeren vanaf het moment dat de laatste tariefaanpassing is gebeurd. Indien de laatste aanpassing langer is geleden, is de indexering hoger dan wanneer er recent een aanpassing was. Er is ook beslist om voortaan de tarieven jaarlijks aan te passen op basis van de reële evolutie van de index. Op die manier evolueren uitgaven en ontvangsten in dezelfde richting. In reële termen bekeken (koopkracht) betreft dit geen tariefverhoging, maar een status quo gezien de inkomens (wedden, pensioenen, uitkeringen…) ook toenemen met de index.
Er wordt voorgesteld het belastingreglement op het gebruik van de openbare weg voor publiciteitsdoeleinden vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 2 december 2019 punt 13 op te heffen en een nieuw belastingreglement vast te stellen met ingang van 1 januari 2023.
De stad heft deze belasting in het kader van de financiële toestand van de gemeente.
Het belastingreglement op het gebruik van de openbare weg voor publiciteitsdoeleinden als volgt vast te stellen:
Artikel 1:
Voor de jaren 2023 tot en met 2025 wordt een belasting gevestigd op het gebruik van de openbare weg voor publiciteitsdoeleinden.
Artikel 2:
De belasting is verschuldigd door de persoon die de publiciteit maakt. De persoon voor wiens rekening de publiciteit gemaakt wordt, is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting.
Artikel 3:
De belasting wordt vastgesteld op de hiernavolgende ondeelbare grondslagen:
A. Het gebruik van de openbare weg voor publiciteitsdoeleinden door voertuigen
85,00 EUR per dag en per voertuig
B. Het gebruik van de openbare weg voor het uitdelen van commerciële voorwerpen (samplen)
230,00 EUR per dag
Het bedrag van de belasting wordt jaarlijks geïndexeerd aan de hand van de gezondheidsindex via onderstaande formule:
Elk gedeelte van een dag wordt beschouwd als een volle dag.
Artikel 4:
Worden vrijgesteld van de belasting:
Artikel 5:
De belastingplichtige moet, ten laatste 5 werkdagen voor de dag waarop het gebruik aanvangt, aan het stadsbestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking stellen.
§ 1. Bij gebrek aan aangifte binnen de in artikel 5 vastgestelde termijn of bij ontbrekende, onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het stadsbestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.
§ 2. Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college van burgemeester en schepenen aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van de elementen en het bedrag van de belasting.
§ 3. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.
§ 4. De ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met 10% bij een 1e overtreding, met 25% bij een 2e overtreding, met 50% bij een 3e overtreding en met 100% vanaf een 4e overtreding. Het bedrag van deze verhoging wordt ook ingekohierd.
Artikel 7:
A. De belasting voor het gebruik van de openbare weg voor publiciteitsdoeleinden door voertuigen kan contant tegen afgifte van een betalingsbewijs of door overschrijving betaald worden. Na de betaling wordt de vergunning afgeleverd. De vergunning moet op een goed zichtbare plaats op het voertuig aangebracht worden.
Artikel 9:
De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen (t.a.v. directie Financiën). Het bezwaarschrift moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn. De indiening kan gebeuren door verzending of door overhandiging. De indiening moet op straffe van verval gebeuren binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of vanaf de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de contante inning. Van het bezwaarschrift wordt een ontvangstbewijs afgegeven, binnen de vijftien kalenderdagen na de indiening ervan.
Het bezwaarschrift kan ook online worden ingediend via de website van stad Kortrijk in zover in deze mogelijkheid wordt voorzien en binnen de termijnen en onder de voorwaarden vermeld in dit artikel. Meldingen via andere duurzame dragers zoals e-mail worden niet als bezwaarschrift aanvaard.
Bij de inwerkingtreding van dit belastingreglement wordt het reglement dat vastgesteld werd door de gemeenteraad in zitting van 2 december 2019 punt 13 opgeheven.
Deze beslissing wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.